blanco

melodie.moonpub.net

de populaire muziek & haar deuntjes uitgelicht

The Beatles en hun filosofie van de Liefde

Op z’n Moonpub’s vertaald uit Nothing You Can’t Think that Can’t Be Thunk – meerdere hoofdstukken van dit boek zullen volgen. Download PDF voor het voorbeeld



All You Need is Love: Hegel, Love & Community
The Beatles en hun filosofie van de Liefde 


De liefde is een veelvoorkomend thema in de Beatles’ nummers. Ga maar eens tellen hoeveel van hun songs het woord “love” in de titel hebben of het als belangrijkste gegeven van het liedje gebruiken. In hun beginperiode werd de liefde nog bezongen met niet al teveel complicaties, de simpele verliefdheden van de teenagers hebben niet veel woorden nodig om begrepen te worden en wat zou het? – it’s only love. In hun latere werk gaan ze wat dieper en krijgen de lovesongs gaandeweg meer betekenis.


Maar het is niet perse de liefde die, als vervolg op I Wanna Hold Your Hand, nu het handjes-vast-houden wat diepgaander wil onderzoeken; het is het type liefde dat zich richt op de vriendschap die de 4 met elkaar delen, die hun eenheid als “band of brothers” bezingt. In I Am The Walrus de openingszin is “I am he as you are he as you are me and we are all together” – en veel beter kan het waarschijnlijk niet verwoord worden, lijkt het.

Daarnaast is het ook de liefde voor de mensheid, of het uitdragen van liefde als boodschap voor ons allemaal, zoals All You Need Is Love het laat horen. Voor hen was het niet alleen de emotie van het verliefd zijn maar ook de beste manier om de relaties onderling te onderhouden en zo een betere samenleving in te richten. Dankzij hun volwassen zienswijze wat ‘liefde” in het algemeen kan betekenen, hebben ze wellicht bijgedragen bij het “verbeteren van de wereld, begin bij jezelf”.

Voor de Beatles is de liefde niet alleen maar de emotie. Het is eerder de relatie tussen de mensen onderling. Het is in feite de noodzakelijke weg die we moeten gaan om als mens ten volle te kunnen ontwikkelen. Het is deze volwassen visie op de liefde die de Beatles ons vertellen, om op deze manier hun aandeel te leveren in het welzijn van ons allemaal. Wij zijn allen sociale wezens en een beetje “help from my friends” is essentieel.

De Beatles gebruiken het begrip liefde om het wederzijds begrip te promoten. Hun “love” betekent een relatie tussen de mensen onderling waarbij de 1 de ander niet wil benadelen en wij elkaar bovenal hulpvaardigheid willen bieden zonder daar perse iets voor terug te verlangen.

Het nastreven van onze eigen belangen ten koste van anderen is ook nadelig voor het perspectief dat ons in staat stelt de ander ten volle te respecteren en onszelf voortdurend te verbeteren.

Maar naast deze boodschap van universele liefde kunnen we regelmatig ook een zeker cynisme bemerken in menige Beatle-song. Alles is natuurlijk niet vrede op aarde en in de mensen het welbehagen en met een gelukzalig glimlach op het gezicht door het leven gaan en de liefde prediken. Regelmatig laten de Beatles ook blijken niet akkoord te gaan met deze hippie-gedachte, wat eens te meer bevestigd dat hun liefde-filosofie toch iets meer volwassen was dan dat wat de naieve teenager met een bloem in het haar er van maakte.

In de Anglo-Amerikaanse sociale en politieke traditie worden de mensen beschouwd als individuen die hoofdzakelijk uit eigenbelang handelen en uit zijn op een zekere mate van geluk. Maar deze opvatting staat lijnrecht tegenover het ideaal van de liefde: als eigenbelang en zelfingenomenheid het beginsel is en de gevolgen er van op anderen als minder belangrijk word aangenomen, dan getuigt dat niet van liefde; het schetst een eenzaam en geisoleerd beeld van het bestaan – door de Beatles verwoord in bv. I Me Mine

In Eleanor Rigby luidt de vraag: Where do all the lonely people come from? Deze ‘lonely people’ zijn waarschijnlijk – afgaande op de informatie in het liedje – karakters die weinig liefde hebben ontvangen in hun leven en inderdaad alleen zich met hun eigen zaken hebben bezig gehouden. In hun leven was er geen ruimte voor de ander en met Eleonor Rigby waarschuwen de Beatles ons hoe het met je kan aflopen wanneer je bij jezelf niet openstelt voor de ander.

Niemand benijdt deze Eleanor Rigby, we hebben eerder medelijden met haar en kunnen onszelf misschien gelukig prijzen dat wij niet als haar zo eenzaam zijn. Kortom: er is bij de meeste van ons een diepgeworteld gevoel dat we hoe dan ook altijd met de ander in contact moeten blijven. De mens is per slot van rekening toch een sociaal dier.

Maar het sociale dier kan alleen ten volste sociaal zijn als ook de ander daarvoor openstaat. Het vereist allereerst sociale en politieke structuren in de gehele samenleving die zo’n open gemeenschap ook mogelijk maakt. De hedendaagse samenleving echter lijkt eerder de afzondering aan te moedigen en hebzucht, egoïsme en het materialisme te stimuleren. Het kleine verhaaltje van Eleanor Rigby is niets minder dan het voorbeeld van iemand die slachtoffer is geworden van zo’n zelfzuchtige maatschappij.

Maar er is een alternatief. De filosoof Georg Hegel heeft zich onder andere bezig gehouden met de fenomeen “liefde” zoals wij het ervaren in onze herinnering en interactie onder elkaar. Vervolgens verdiepte hij zich in de structuren van een samenleving en welke condities het vereistte voordat het deze relaties van mensen onderling kon gaan ondersteunen en vooruit helpen. Zijn theorieen werden later veelvuldig gebruikt voor verdere studies. Maar interessant is dat het werk van Hegel ook voor ons onderzoek in de filosofie van de Beatles van nut kan zijn.

Beeld je in dat de Beatles als groep representatief zijn voor idealistische samenleving waar elk individue zich voortdurend ontwikkeld door de interactie met de ander. De rol die hij in de groep speelt, stelt hem in staat de persoon te zijn die beter is dan de persoon die hij zou zijn wanneer hij op zich zelf zou staan.

Ringo, George, John, Paul alle vier individuen werden dankzij het groepsverband naar een hoger plan getild. Het is zeer zeker niet onterecht te beweren dat zonder het groepsverband van de Beatles het maar de vraag is of ze zich alle vier zo voortreffelijk hadden kunnen ontplooien.

Dit is niet zomaar een voorbeeld: het is heel goed mogelijk dat geen enkel individu het zonder enige groepvorming te nimmer zal lukken zich tot een beter persoon te ontwikkelen.

Naast de filosofie van hun muziek kan ook dit besef een overdenking waard zijn. In het geval van de Beatles heeft het enerzijds geleid tot het rijpen van elk bandlid afzonderlijk en anderzijds – ook mede dankzij het zich ontplooien van hun persoonlijkheden – tot hun glorie als groep.

Het voorbeeld laat nogal een verschil zien met hoe de hedendaagse samenleving is samengesteld waar grotendeels toch het social contract de regel is en het individu de norm. We zijn er allen op uit om het leven voor onszelf beter te maken zelfs als dat zo nu en dan ten koste moet gaan van anderen. Maar goed beschouwd is het dan niet alleen die ander die daaronder lijdt: ook wijzelf raken erdoor meer geisoleerd en zoals het voorbeeld van de Beatles als groep laat zien dat kan weer van invloed zijn op onze ontplooiing. Vele facetten zullen onontwikkeld blijven bij teveel zelfingenomenheid en isolatie.

Als de Beatles uitsluitend uit eigenbelang hun muziek hadden gemaakt zonder open te staan voor de andere leden, dan is het maar de vraag of ze zo’n schitterend succes zouden hebben bereikt. Daarnaast had waarschijnlijk elk lid zichzelf niet zo kunnen verbeteren en ontplooien en zouden de nieuwe wegen die zij samen ontdekten nooit gevonden zijn. Het is precies dit opgaan van individuen in een groter groepsverband waar Hegel 200 jaar eerder reeds zijn filosofische overpeinzingen aan heeft gewijd.

Hegel was van mening dat een werkelijk ethisch verantwoordelijke samenleving een gemeenschap is waarbij elk individue zich betert dankzij deze gemeenschap. Het is misschien waar dat we niet altijd kunnen doen wat we zo graag willen doen maar het is ook dankzij zo’n eenheid van de gemeenschap dat we boven onszelf kunne uitsteigen en dingen kunnen doen die in een siutuatie van alleen-zijn onmogelijk te realiseren zijn. Het resultaat hiervan is dat de samenleving er zelf op vooruit gaat en voordeel heeft aan deze cooperatie en interactie van haar afzonderlijke leden. En zoals dat meestal het geval is bij sociale en politieke theorieeen: de wortels liggen bij onze geaardheid als mens.

Hegels theorie van de menselijke natuur is geformuleerd in termen van intersubjectiviteit oftwel verwantschap. Hegel stelt dat mensen andere mensen nodig hebben om daadwerkelijk en volledig mens te zijn en het is de plicht van de staat om voor instellingen te zorgen die de verhoudingen tussen de mensen optimaal laat zijn en daarmee hun zelfrealisatie mogelijk maakt.

Zijn beruchte meester-slaaf dialectiek illustreert het belang van deze intersubjectiviteit aan de hand van wat hij verstond onder het begrip “erkenning”. Het is deze wederzijdse erkenning die de basis vormt voor het ideale soort van verwantschap: gelijkheid, respect en onderlinge afhankelijkheid. De meester-slaaf dialectiek echter komt voort uit het idee dat het elkaar erkennen gefaald heeft en daardoor zijn er slechte verstandhoudingen tussen de mensen ontstaan en is de mogelijkheid voor het individu om zich ten volste te kunnen ontplooien, weggenomen.

Bij Hegel willen de meester en slaaf allebei de erkenning van de ander; ze willen worden erkend. Maar in dit scenario kan het niet voor beide partijen een gelijk voordeel zijn. Laten we bijvoorbeeld eens kijken naar een hypothetische confrontatie tussen Ringo en Paul (bedoelt ter voorbeeld maar voor wie de Let It Be sessies gezien heeft misschien helemaal niet zo onwaarschijnlijk).

Ringo eist dat zijn inbreng worden erkend, hij wil een groter creatieve rol in in het muzikale resultaat hebben. Maar Paul beschouwt Ringo slechts als de drummer, een bijkomstigheid bij de uitwerking van zijn muzikaal idee . Beide hebben de behoefte om gehoord en gerespecteerd te worden als de individuen die ze zijn met een vrije wil en voldoening aan deze behoefte is nodig voor een goede relatie maar ook als bevestiging van hun eigen waardigheid als rationeel onafhankelijk denkende mensen. Hun aanpak zoals die in deze hypothetische situatie wordt geschetst, is welhaast gedoemd te mislukken. Maar waarom?

Bij het eerste contact is hun relatie nog niet vast bepaald. Het zijn gewoon twee bandleden die elkaar wat uitdagen. Maar elk van hen probeert zich te laten gelden over de ander. Ringo wil het zijne, Paul verlangt dat het gebeurt op zijn manier.

En geen van beide is meteen bereid om een compromis te sluiten. Dit is het soort van eigenbelang dat uit de bocht kan vliegen. De andere is louter een object voor de bevrediging van het eigenbelang. Ringo drumt voor Paul’s nieuw bedachte compositie en Paul speelt de bas voor Ringo’s band en dat is zoals het is. Het is in wezen een meester-slaaf verhouding en zowel Paul en Ringo gebruiken de ander met de bedoeling er voor henzelf voordeel uit te halen ongeacht of dat wellicht ten koste zal gaan van de ander.

Hegel noemt dit een strijd van leven of dood maar in het geval van Paul en Ringo zullen ze waarschijnlijk niet zo verwoed gevochten hebben. Maar in ons hypothetisch voorbeeld zou het kunnen dat er werkelijk iemand het onderspit gaat delven en voor “dood” wordt achtergelaten bij dit conflict. Als Paul of Ringo door dit conflict besloten zou hebben de band te verlaten dan zou het conflict – oorspronkelijk bedoelt om simpelweg een compositie uit te werken – volkomen nutteloos en schadelijk voor allebei zijn geweest.

Geen van beide zou zijn erkenning hebben gekregen en de compositie zou nooit het licht hebben gezien. Er noet dus een beter manier zijn dan dit op leven of dood gevecht tussen de meester en slaaf. Een alternatief natuurlijk is dat 1 van de partijen uiteindelijk toch besluit dan maar toe te geven aan de wil van de ander – in ons voorbeeld bijvoorbeeld wint Paul het en Ringo gaat akkoord met een beperkte rol in de band voor de opname van deze compositie. Wat en veel gevallen vermoedelijk ook zo gegaan zal zijn.

Wanneer tijdens deze wedstrijd voor het eigen gelijk men daadwerkelijk bereid zou zijn te “sterven” of slaafs zou toegeven dan zou het hele gevecht zinloos zijn. Dat wil zeggen, als Ringo of Paul had besloten de band te verlaten vanwege dit conflict dan zou de strijd vruchteloos zijn gebleken en zelfs schadelijk voor allebei. Niemand zou worden erkend en noch Ringo’s idee voor zijn drumpartij noch de creatieve visie van Paul zouden gerealiseerd worden. Dus moet er een ander manier zijn dan het “dood gaan” om het probleem op te lossen. Hegel zag een alternatief: een van de deelnemers kan toegeven aan de wil van de ander. Wie ervoor kiest om toe te geven zal – voor deze keer – het slaafje zijn en de meer dominante persoonlijkheid mag zich de meester noem. Laten we aannemen dat Paul het wint en Ringo akkoord gaat met een beperkte rol in de band.

Maar hoewel deze oplossing te verkiezen is boven de “dood” optie is ze ook niet helemaal bevredigend. Ook al is de meester (Paul) de overwinnaar nu, zijn verlangens zullen niet echt verzadigd worden. De meester heeft de erkenning opgeeist en afgedwongen en dit is niet echt iets dat moet worden afgedwongen. De meester voelt zich pas echt erkend wanner hij vrijelijk en samen met een gelijke, iemand die hij volledig respecteert, deze erkenning mag ontvangen.

Ook zal de “meester” het respect verliezen voor verdere inbreng van de “slaaf” die zich zo gemakkelijk laat inpalmen. Daarnaast – in ons hypothetisch voorbeeld – zal Ringo zichzelf niet meer als een volledig lid van de band achten met creatieve bijdragen die er toe doen en het respect afdwingen bij de anderen. Het lijkt een kwestie van de juiste balans te vinden om deze meester- slaaf verhouding voor beide partijen tevredenstellend te laten zijn.

De kern van het probleem is dat elke partij in zo’n (hypothetisch) conflict hoe dan ook altijd het liefst toch zijn eigen weg zal proberen te volgen en er om die reden nooit een echte volledige “erkenning” op gelijk niveau mogelijk is.

Maar er moet iets te vinden zijn voor een samenwerking die het mogelijk maakt dat beide partijen op gelijke voet zet bij zo’n conflict. “Het leven is erg kort , en er is geen tijd voor al dat gedoe en vechten” (“We Can Work it Out/We komen er wel uit”) luidt de filosofie van de Beatles bij zo’n situatie.

Deze boodschap in de song geeft aan welke les het conflict hen geleerd heeft: conflicten als deze kunnen worden opgelost door middel van compromissen mits elke partij erkent dat ze de andere partij nodig heeft en dit compromis is uiteindelijk belangrijker en veel voordeliger dan het alternatief, wat is het proberen het gedaan te krijgen geheel op de eigen manier.

Je gedragen als de meester zal je maken tot een ​​van die mensen die de wereld winnen maar daarbij hun ziel verliezen”, een regel die voorkomt in George’s Within In Without You. Je krijgt misschien wel wat je wilt maar je verliest een spiritueel stukje van jezelf op weg naar de persoon die je moet zijn.

Hegel’s visie was dat wij als sociale wezens altijd die relaties moeten verkiezen die het gemeenschapsgevoel versterken boven die van het soort dat het zelfbelang en de hebzucht ambiëert. Money can’t buy you love, zoals de Beatles dat in hun song verwoordde en de liefde, of het nu die van de persoonlijke romantiek is of, meer algemeen, die ter bevordering van een betere wereld, is gelukkig nog steeds het beste medicijn voor een gezond en gelukkig leven.

Got to Get You into My Life

De betekenis van het woord Liefde wordt in gemeenschappelijk gebruik vaak gebagatelliseerd. Vaak betekent het niets meer dan een verliefdheid, een verlangen, of de oppervlakkige romantiek die doet denken aan de films van Hugh Grant en Julia Roberts.

Maar de liefde als concept is natuurlijk veel meer dan dat. Volgens Hegel is de Liefde de ideale vorm van erkenning; een erkenning zonder enig conflict. Voor geen van de partijen (zie ons hypothetisch voorbeeld van Paul en Ringo) hoeft het een strijd van leven of dood te betekenen wanneer het met een geven en nemen vaak een veel beter resultaat zal opleveren. Het geven zal de ander verrijken, het nemen voelt aan alsof het geschonken wordt. En natuurlijk is deze filosofische gedachte ook al door de Beatles op muziek gezet met de zin “in the end the love you take is equal to the love you make” uit The End, een zin waarvan John in 1 van zijn plaaggeestige buien eens zei dat Paul zo nu en dan ook wel eens iets diepszinnigs weet te bedenken…

Liefde is een band tussen de mensen. Het hoeft niet romantisch of gepassioneerd te zijn. Maar het is ook geen overbodige luxe. Liefde is niet iets dat alleen voorbestemd is voor de happy few. Het is veel eerder een manier van verbondenheid met anderen die nodig is voor onze ontwikkeling als mens. Ik moet je in mijn leven krijgen. In feite is de liefde – die van het verbonden zijn met de anderen – een voorwaarde voor de geestelijke gezondheid, en het begint met ons perspectief van de wereld en de manier waarop wij onze relaties met andere mensen bezien. Maar waarom is de liefde dan zo belangrijk? In termen van de sociale en politieke filosofie, komt het allemaal neer op hoe het met onze vrijheids-beleving is gesteld.

My Independence Seems to Vanish in the Haze

De Hegeliaanse Vrijheid. Hegel stelt dat de vrijheid niet alleen het vrij zijn van obstakels is; het is niet iets zomaar willekeurig of een bevlieging. Dat wil zeggen, de vrijheid is niet alleen de mogelijkheid om te doen wat je wilt en wanneer je maar wilt. Hij ontkent de willekeur van de status van de vrijheid omdat door middel van willekeur onze wil wordt bepaald door het onvoorziene, de toevalligheid. Als we toestaan ​​dat onze verlangens onze acties dicteren dan laten we ook de contingentie (het irrationele) van de natuur onze wil bepalen.

Op die manier zijn we voor onze wil afhankelijk van ons toevallig verlangen, dan weer dit, dan weer wat anders. Als we niet zelf de bedoelingen en betekenissen van onze zinnen kunnen bepalen dan zijn we de controle over onszelf kwijt, meent Hegel. Het is hetzelfde als bij een verslaving, ongeacht of dat aan heroine is of de Savoy Truffle. Zelfs als zou alles binnen je bereik liggen om jouw verlangens te bevredigen dan nog zal je dat niet de ervaring en het gevoel geven van werkelijke vrijheid; je bent de slaaf geworden van jou eigen verlangens. Hegel maakt in zijn filosofie voortdurend dit onderscheid: enerzijds de vrijheid die je vergund is (als slaaf van je eigen verlangens) en anderzijds de vrijheid die werkelijk een zelfrealisatie is. In de klassieke filosofie heet dit het onderscheid tussen negatieve en positieve vrijheid.

Dit onderscheid tussen negatieve en positieve vrijheid wordt meestal toegeschreven aan Jesaja Berlin. Volgens Berlijn heeft de negatieve vrijheid te maken met het antwoord op de vraag: “Wat is het gebied waarbinnen men het aan een persoon – of groep van personen – moet overlaten om te doen waartoe hij in staat is zonder enige inmenging van anderen? ”

De uitdrukking, “zonder inmenging van andere” is veelbetekenend bij deze zienswijze. Bij deze opvatting van vrijheid is men net zo vrij als dat de niet-inmenging groot is. Meer inmenging betekent dus minder vrijheid; vrijheid = 10 is 0x inmenging, vrijheid =1 maakt 9x inmenging – overeenkomstig een soort van wiskundige vergelijking die de professionele filosofen graag gebruiken om zo hun waarheden te toetsen. De negatieve vrijheid wordt vaak omschreven
als “de vrijheid van”’; vrijheid van obstakels, problemen, aantasting, en uiteindelijk ook de andere mensen. De wijze waarop de Beatles de fiscus beschreven hebben in George’s song Taxman kan misschien dit nog wat verduidelijken. Hij (de taxman) maakt inbreuk op onze vrijheden door ons te belasten, de grond onder onze voeten, de straat waarin wij wonen en de stoel die ons laat rusten. Hij (de taxman) beperkt op die manier onze vrijheid en belet ons te doen wat we willen, wanneer en hoe we dat willen.

De negatieve vrijheid echter is slechts één kant van de medaille.

De andere helft is de positieve vrijheid. Berlijn beschrijft de positieve vrijheid als het antwoord op de vraag ‘Wat of wie is de bron van de inmenging (op de vrijheden) die bepalend is voor wat iemand doet?”

Hij zegt dat de positieve libertariërs niet zozeer geinteresseerd zijn welke mate van vrij spel zij hebben bij inmenging van buitenaf maar dat het hun wens is dit zelf te kunnen bepalen zonder enige inmenging en met zelfrealisatie voor ogen. Deze zelfrealisatie is de essentie van de vrije wil.

De positieve vrijheid wordt gekarakteriseerd met de “vrijheid om”, namelijk de vrijheid om te kunnen worden wie men hoort te zijn met de mogelijkheden tot zelfrealistie die elk mens gegeven is. De taxman van ons voorbeeld zou in dat geval ons de grond, de straat en het bankje in het park moeten geven ter bevordering van de zelfrealisatie en in dat geval is de functie van de fiscus een iets andere dan de functie bij een negatieve vrijheid.

Hegel is een positieve libertijn. Hij vindt de ware vrijheid in onze verbondenheid met de ander. Als we echt vrij willen zijn, dan zullen we dat samen moeten bewerkstelligen. Come Together heeft die boodschap van vrijheid en samenkomen. De hoogst persoonlijke eigen identeit kan alleen worden bereikt in een sociale context samen met de ander.

Het onderwijs, de vorming en de cultuur in het algemeen spelen een centrale rol in dit proces volgens Hegel. Door middel van cultuur en onderwijs wordt het individu opgeleid om zijn persoonlijke doeleinden of wensen na te streven maar binnen de context en het ethisch kader van de cultuur. Cultuur biedt ons de mogelijkheid ons te bevrijden van onze natuurlijke driften en verlangens en helpt ons te groeien naar volwassenheid.

The Beatles waren iets op het spoor – misschien zonder zich dat zij zelf zich daar zo bewust van waren – toen zij zich begonnen te beseffen dat goede relaties met anderen broodnodig zijn, niet alleen om aan onze eigen wensen en behoeften te voldoen maar ook om een ​​groter doel, onze ontwikkeling als mens, te vervullen. We hebben echt alleen maar dat kleine beetje hulp van onze vrienden nodig. Het iemand-nodig-hebben om lief te hebben, mag je vertalen als het ontvangen van erkenning en het verstevigen van de band met de ander. Voor Hegel en ook de Beatles behoort de samenleving ons de context te geven waarin we ons ten volste kunnen realiseren. In veel songs van de Beatles zul je dit Hegeliaanse standpunt wel hier en daar tegenkomen al zal dat waarschijnlijk nooit zo door hen express gedaan zijn; het is eerder alweer een bewijs dat zij intuitief op de goede weg zaten.

And in the End …

Hoewel de bovenstaande bespreking grotendeels zich beperkte tot een discussie over de aard van de Hegeliaanse liefde, de erkenning, en zelfverwerkelijking, is de liefde als concept meer dan louter het woordje dat de ideale verhouding tussen mensen weergeeft. Liefde is ook toonaangevend voor de samenleving. Liefde vraagt van ons dat we omgaan met de ander op een manier die bij onze natuur past. Alle menselijke relaties zijn uiteindelijk gebaseerd op deze ideale vorm van verwantschap; het wederzijds respect en de onderlinge afhankelijkheid die het verlangt, garanderen een vriendelijke leefgemeenschap.

Dit idee heeft een lange geschiedenis achter de rug. Na Hegel werd het idee ook door Marx en later Erich Fromm aangenomen. Deze denkers hebben zich uitvoerig bezig gehouden met de aard van relaties, de rol ervan in onze ontwikkeling en de beste manier waarop de maatschappij de juiste relaties en dus onze vrijheid, dat wil zeggen, onze zelfrealisatie, kan bevorderen. Van de Beatles kan men zeggen dat ook zij hun steentjes daartoe hebben bijgedragen – dan wel op een ietwat prettiger manier dan de filosofische grootmeesters met hun diepzinnige redenaties: — met hun muziek…




Click to listen highlighted text!