blanco

melodie.moonpub.net

de populaire muziek & haar deuntjes uitgelicht

Beale Street en de muziek van de duivel

De fonograaf was in 1877 uitgevonden door Thomas Alva Edison. Jarenlang was hij als een nieuwigheid  beschouwd. Maar in het begin van deze eeuw werd de cilindergrammofoon steeds meer vervangen door een grammofoon met platen die bij het publiek meer in zwang kwam en voor de fabrikant een rijke bron van inkomsten werd. Ook de meer welgestelde begonnen platen te kopen, hoewel slechts enkele zwarte artiesten voor 1920 opnamen hadden gemaakt. De meeste hiervan waren gewone zangers of gospelkoren, vooral gericht op blanke kopers.






Blanken en zwarten met een goede reputatie kwamen alleen in Beale Street om te ‘kijken’ en negeerden de muziek. Dat wil zeggen, totdat een orkest onder leiding van W.C. Handy, in de zomer van 1908 optrad tijdens een abonnementsconcert voor enkele blanken in Croxdale, Mississippi, 45 kilometer van Memphis.

Nadat ze zowat elk bekend deuntje hadden gespeeld dat ze konden bedenken, werd het orkest verwijderd van het podium. Een groep blanken riep dat ze die nette muziek van Handy niet meer konden aanhoren. Ze hadden liever hun eigen muziek. Vervolgens begon een plaatselijk orkestje (compleet met jugs) de versies van arbeidsliederen en dansmuziek te spelen, die op de plantages gebruikelijk waren geweest.

Over de hoofden van een enthousiast publiek heenkijkend, zag de afgezette orkestleider hoe dat orkestje meer geld werd toegeworpen dan zijn orkest voor de hele avond kreeg. ‘Plotseling,’ schreef Handy later, ‘zag ik hoe mooi de inheemse muziek is.’ De Memphis Sound, zoals de muziek bekend kwam te staan, was vanaf het eerste ogenblik het geluid van munten die kletterend op de grond vallen.








Blues is een woord waarover je moet nadenken voor je het begrijpt. Het is ontstaan in de zestiende eeuw en is een afkorting van ‘blue devils’ ofwel, neerslachtigheid. Muzikaal gezien is de blues volkomen zwart en echte folkmusic.


Gezicht op enkele blokken Beale Street

De blues is in wezen een emotionele reactie van mensen die vervreemd zijn van hun omgeving en verschilt totaal van de ragtime of de jazz. De laatste worden gezongen en gespeeld om de gemeenschap te amuseren. De blues is geboren in eenzaamheid en het was nooit een protestsong. Het is altijd muziek geweest van aanpassing en opgewassen zijn tegen een maatschappij van sociale en economische apartheid. De blues verzet zich niet tegen de blanke overheersing. De zanger of zangeres komt met zichzelf in het reine. De blues is een erkenning van de menselijke situatie, het vaststellen van een identiteit.

Er is wel gezegd dat de populaire muziek er zonder de blues heel anders uitgezien zou hebben. Toch hebben musici en critici lang de betekenis er niet van ingezien vooral niét voor één bepaald ras dat eerst in knechtschap leefde en daarna op subtielere wijze onderdrukt werd:

You never miss the water till the well’s run dry,
You never miss the water, Lord, till the well’s run dry,
You never miss your baby till she says ‘Goodbye.

Het geeft het droeve besef weer dat je geen recht op je bestaan hebt. De klappen die de mens krijgt wanneer hij probeert zijn ware doel te bereiken — daar gaat het in de blues om.

De blues vormt ook een muziek met een bepaalde structuur—strofen van drie regels van twaalf maten, soms herhaald om een bepaalde gemoedstoestand over te brengen. Het was de laatste muziekvorm die aan het eind van de negentiende eeuw ontwikkeld werd en bloeide vooral in het Delta-gebied in het noorden van Mississippi. Na de burgeroorlog en het verdwijnen van de grote plantages bleven de meeste bevrijde slaven in het katoengebied van Texas tot Georgia. De aard van het werk en de manier waarop de katoen verbouwd werd, leidde tot enkele kenmerken van de blues. De katoen vereiste groepswerk: het voortdurende schoffelen of uitdunnen van de rijen katoen kon het beste door vele arbeiders tegelijk gebeuren. Het was vermoeiend werken op de zware grond. De enige afleiding bij het monotone werk waren naar het scheen de liederen — over de honger en teleurstelling van deze zwarte arbeiders die de bodem.van de economische pot leeg moesten schrapen.

Qua inhoud en samenstelling waren deze liederen het basismateriaal voor de blues. De verlaagde derde en zevende toon, de vrijheid van tekst en de karakterisitieke stembuigingen kwamen voort uit de arbeidsliederen in het zuiden. De blueszanger gaf zijn eigen mening weer, in zijn zang en spel drukte hij zijn gevoelens uit. Het was een mondelinge traditie — niemand dacht eraan ze op te schrijven, laat staan om geld te slaan uit een muziek die iedereen gehoord en begrepen had.

De armoe bracht de werklozen weer naar het noorden. De katoenarbeiders werden aangetrokken door het centrum van de katoenhan-del, Memphis, juist ten noorden van de Delta. Net als alle migranten daarvoor en daarna kwamen ook deze mensen uiteindelijk ‘s avonds terecht in de kroegen en bordelen. In Memphis waren die in Beale Street te vinden. Luitenant George Lee, die daar jaren heeft rondgehangen, herinnert zich ‘een schitterende buurt waar de commerciële ambitie, goedkope humor en zachte muziek hand in hand gingen. Ontelbare goktenten waar honderden mensen hun hele fortuin verbrasten met één worp van de dobbelsteen.’ Net als in Chicago was de drooglegging een zegen voor Memphis. ‘Ik weet nog dat Beale Street beter was dan Parijs, Chicago of New York,’ vertelde Memphis Slim me. ‘Alle musici vertrokken uit die steden en kwamen naar Beale Street, zo’n opgang maakte de buurt. Whisky kostte 15 dollarcent per fles. Je kon er vrijuit gokken, hoewel de Italianen ‘t er voor het zeggen hadden. Het was er beter dan in Las Vegas.’

Luitenant Lee herinnerde zich de drooglegging van Beale Street door de vroede vaderen—althans hun poging daartoe. Hij vertelde: ‘In een club, Hole in the Wall, hadden ze buiten twee vuilnisemmers vol whiskyflessen staan.

Als iemand whisky wou ging hij naar de bar en betaalde de barkeeper. Die gaf de man bij de vuilnisemmer een teken en deze viste dan een fles uit de vuilnisemmer. Zo kwam je aan de drank. Maar ‘t werd pas leuk wanneer de vuilniswagens kwamen. Dan zag je ze als gekken de vuilnisemmers naar binnen rollen opdat de vuilnismannen ze niet mee zouden nemen. Als de wagen weg was, kwamen de vuilnisemmers weer tevoorschijn en gingen de zaken weer gewoon door!’

De drinkers en gokkers hadden behoefte aan amusement en muziek. En in Beale Street was volop muziek, de hele dag door. Op elk uur van de dag waren er musici te horen, of musici die werk zochten. Memphis Slim weet nog dat er zoveel aanbod was dat hij als pianist alleen maar overdag ergens een baantje kon krijgen. Beale Street werd het vanzelfsprekende hoofdkwartier van de musici die naar de stad waren gekomen om werk te zoeken. Al gauw, naarmate Beale Street beroemder en beruchter werd, speelden deze zelfde musici wanneer ze niet in Beale Street werkten, in het midden-zuiden op feesten en partijen. Een ondernemende geest, Cash Mosby, organiseerde drie reizen in de week van het platteland naar Beale Street, voor negers uit de Delta die hun fortuin aan de goktafels dachten te vinden en een bezoek wilden brengen aan de hoeren. De woensdagavond was voor de blanken, maar donderdags en zaterdags was ‘t het drukst. ‘Dan kregen de dienstbodes en de arbeiders uit de zijden-kousenfabrieken hun loon en hadden ze een avond vrij,’ herinnert Lee zich. ‘Ze gingen met hun geld naar Beale Street, en Beale Street pakte het ze af.’

Beale Street gaf de muziek een slechte naam. Het was muziek van de duivel en niet geschikt voor fatsoenlijke oren.

Click to listen highlighted text!