Page 46 - Moonpub Magazine Nbr. 1
P. 46
In de betrekkelijk korte, doch zeer geconcentreerde doorwerking maakt Beethoven
hoofdzakelijk gebruik van het ritmisch en het melodisch motief van het
hoofdthema (in vb. 1. aangeduid met de letters a en b). Vooral het ritmisch motief
leent zich zeer goed voor typische doorwerking-figuren, zoals uit dit voorbeeld
blijken zal:
Doch ook het melodisch motief is een dankbaar object voor het toepassen van
imitaties:
Bij oppervlakkige beschouwing lijkt het, alsof de componist terwijl hij met deze
doorwerking bezig was, aan het tweede thema niet gedacht heeft, doch wanneer
men nauwkeuriger acht geeft, ziet men dat hij aan een bepaalde ritmische
eigenschap van dit thema wel degelijk aandacht heeft besteed. In maat 112 reeds
treedt een syncopische figuur op, en deze is het, welke in het verloop van de
doorwerking voortdurend van kracht blijft.
Deze zeer pertinente ritmische figuur trad voor het eerst op in de voortzetting van
het tweede thema (in vb. 5), doch daar was zij slechts van voorbijgaande aard. Het
gebeurt niet zelden, dat een muzikale gedachtenfiguur, welke in de expositie op
het tweede plan stond, door de componist in de doorwerking sterk naar voren
gehaald wordt. Zo ziet men dat dit syncope-figuurtje, dat in de expositie slechts
dienst deed als afsluiting van een thematischen zin, in de doorwerking tot
hoeksteen van het ritmisch bouwwerk gemaakt wordt!