Page 7 - HetLaatsteOordeel
P. 7
Ik begon te vermoeden dat dit uitstapje wel eens een aangename afwisseling
op de dagelijkse sleur zou kunnen worden. In het geheel niet de droefgeestige
aangelegenheid waarvoor ik bij het vertrek uit de stad had gevreesd. Het Deense
landschap deed me goed, dat zo’n 100 meter verderop de ingang van een instituut
voor krankzinnigen op mij wachtte, leek mij eerder interessant dan beangstigend.
Ik bood mijn metgezel op het pad een sigaret aan, het allernieuwste product op
de markt van het rookgenot.
- Ja, ik heb er van gehoord, deze sigaretten en de tabaksmachine, maar laten
we 'm bewaren voor zo meteen. Hoe komt het toch dat u zo bent begaan met
Olav?
- Tja Olav, god hebbe zijn ziel. Het is een triest verhaal. Ik was er bij, weet u.
Toen hij de inzinking kreeg en uiteindelijk krankzinnig werd. Vreemd om dat
van iemand te zeggen...
- Hoe bedoelt u dat?
- Ik heb Olav vele jaren gekend als een heel degelijk persoon, een harde werker,
de laatste van wie je zou verwachten dat hij, zeg maar, zou breken. En dan
opeens is hij... Ik neem aan dat u uw patiënten niet zo platvloers krankzinnig
noemt?
- Toch wel, soms. Maar in de boeken en in ons schrijven verwijzen we naar ze
als psychosen of gewoon geesteszieken.
- Ik weet niet of Olav echt ziek was. Hij had teveel gezien, teveel mee gemaakt,
te lang eenzaam geweest ook. Hij is geknakt onder een te zware last. Ik heb
vaak gedacht dat het zijn zelfbewuste keuze is geweest, de enige uitweg die
hem nog restte. Als u er prijs op stelt dan vertel ik uw graag wat hem is
overkomen. Zijn verhaal heeft me altijd... geïntrigeerd.
We waren inmiddels de poort van het instituut binnengelopen en Jörgensen ging
mij voor naar de deur van zijn woning dat zowel het hoofdgebouw van het complex
was als het verblijf voor hem als directeur en zijn familie.
- Dat lijkt mij een goed idee. Dan kan ik ook uw sigaret eens proberen. Komt u
binnen en wees mij gast.