Page 42 - PanoramaDerMuziek
P. 42

De vierde Nederlandse school bestaat uit een groep van componisten, die cp de een
        of  andere  wijze  in  relatie  stonden  tot  het  hof  van  Karei  V: Clemens  non  Papa,
        Créquillon, Nicolaas Gombert e.v.a. en een groep, die in Italië gewerkt heeft en
        sterk de invloed der Renaissance heeft ondergaan en die ik de Romanisten noem naar
        analogie van de kunstgeschiedenis: Adriaan Willaert en Cypriaan de Rore.



                                    Jacobus Clement, genaamd Clemens non Papa (ca. 1510—
                                    ca.  1556)  schiep  het  omvangrijkste  werk,  dat  ooit  op
                                    Nederlandse tekst gecomponeerd is: de Souterliedekens, een
                                    driestemmige         bewerking        van     de     oudste      volledige
                                    psalmberijming ter wereld, die vervaardigd werd door Willem
                                    van  Nievelt  op  een  150-tal  Nederlandse  volkswijzen.  Verder
                                    schreef hij missen en honderden motetten, benevens chansons.





                                   Adriaan Willaert (ca. 1485-1562) werd kapelmeester aan San
                                   Marco te Venetië en voerde daar de wisselkoren in, composities
                                   voor twee afwisselende, tegenover elkaar opgestelde koren.













                                   Cypriaan de Rore (ca. 15-16-1565) werkte in Ferrara, Parma
                                   en Venetië en blonk vooral uit in zijn madrigalen.


                                   Het 16de eeuwse madrigaal is ook een vrucht der Renaissance.
                                   De  Renaissance  is  de  wedergeboorte  van  het  individu,  dat
                                   hierbij steun zoekt bij de antieken. Individuele uitingsbehoefte,
                                   en de neiging om deze ook op individuele wijze te uiten leidt
                                   tot behoefte aan nieuwe middelen.



        Hierbij bood de propaganda van Nicola Vicentino voor een herleving van de Griekse
        chromatiek goede diensten. Het. madrigaal werd een proefterrein voor chromatische
        melodiek en harmoniek. Een belangrijk ontdekkingsreiziger in dit terrein was Carlo
        Gesualdo, vorst van Venosa (1560-1614), die voor zijn smart over de ontrouw zijner
        vrouw, die hij met haar minnaar gedood had, aan de kerktoonsoorten niet genoeg
        had. Tussen liefde en chromatiek schijnt verband te bestaan, getuige Wagners Tristan.


        Met  Gesualdo  zijn  wij  echter  wat  op  de  geschiedenis  vooruitgelopen.  De  vijfde

        Nederlandse school moet nog vermeld worden, met Orlando di Lasso, Jacobus de
        Kerle, Philippus de Monte e.a.
   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47