Page 18 - MusicInTime
P. 18

325-1450





      Utqueant laxis/Resonare fibris/Mira gestorum/Famuli tuorum/Solve pol-
      luti/Fabi reatum/Sancte Ioannes. Elk kootje van Guido’s hand werd gekop­
      peld aan een bepaalde sprong op de toonladder, zodat zijn koorknapen in
      Arezzo direct wisten welke toon ze moesten zingen. Guido beweerde dat
      iemand in een paar dagen (in plaats van weken) muziek kon leren. Dit
      systeem werd bekend als solfège of solmisatie en vond al snel ingang onder
      de zangleerlingen om stemoefeningen van buiten te leren. In de negentiende
      eeuw werd Guido’s systeem aangepast en kregen we het do-re-mi dat nu nog
      wel wordt gebruikt om leken koormuziek te leren zingen. In die tijd kregen





      Toonladders en toonsoorten
      De kerkmuziek van de middeleeuwen was gebaseerd op een systeem van eenvoudige zeventonige
      toonladders, bekend als de Gregoriaanse toonsoorten. Feitelijk waren er zes, waarvan er twee sterk
      leken op onze vertrouwde majeur- en mineurtoonsoort: de ionische en aeolische (op de piano de witte
      toetsen van c tot c en van a tot a). Deze twee waren echter in die tijd niet belangrijker dan de andere:
      de lydische, de mixolydische, de dorische en de frygische toonsoort.
        Tijdens de middeleeuwen hebben verscheidene theoretici verfijning en uitbreiding van dit systeem
      voorgesteld. Binnen de diverse toonsoorten werden bepaalde intervallen beschouwd als vals en lelijk en
      werden dienovereenkomstig bij uitvoering iets verhoogd of verlaagd: ‘musicaficta’ ofwel ‘vervalste
      muziek’. Deze verwikkelingen leidden op den duur tot het loslaten van het kerktoonsoortensysteem ten
      gunste van onze majeur- en mineurtoonaarden met hun chromatische halftonen.
        Een toonladder is een reeks tonen die trapsgewijs - van onder naar boven of omgekeerd - zijn
      gerangschikt, en die worden gebruikt voor een muziekstuk. Er zijn ontelbare soorten toonladders,
      maar de volgende drie komen het meest voor.
      De pentatonische. Zoals de benaming al aangeeft is             diatonische mineurtoonladder
      dit een vijftonige toonladder die overeenkomt met de                    diatonische
      zwarte toetsen op de piano. Hij wordt veel gebruikt                     majeurtoonladder
      in volksmuziek, in muziek van de Derde Wereld, en
      ook in rockmuziek.
      De diatonische. De zeventonige chromatische toonladder                         pentatonische
                                                                                     toonladder
      (heptatonische) toonladder die in
      de Europese muziek vooropstaat,
      is een gevarieerde opeenvolging
      van hele en halve tonen. Er zijn
      twee belangrijke vormen, majeur
      en mineur, én een aantal vroe­
      gere ‘kerktoonsoorten ’.
      De chromatische. Deze toonladder omvat alle
      twaalf halve tonen: op de piano bijvoorbeeld
      alle toetsen van de ene c tot de volgende. In de
      twintigste eeuw ontwikkelden componisten in
      navolging van Schönberg en Webern een uit­
      voerige compositietechniek, gebaseerd op de
      twaalftoonstoonladder (‘dodekafoniej.








                                                                                             29
   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23