Page 34 - Mozaiek6
P. 34
Voor Goyescas, het werk dat hem zelf het liefste was, heeft hij letterlijk zijn leven
gegeven. Hij had altijd een afschuw van reizen gehad, vooral van zeereizen. Maar toen
de uitnodiging van de Metropolitan Opera om de eerste keer dat er in dat huis een
Spaans werk in en ondernam de gevreesde reis. Gelauwerd en vol nieuwe plannen
verliet hij de Nieuwe Wereld weer; in Folkestone moesten hij en zijn vrouw
overstappen op een andere boot, die het vasteland niet meer bereikte. ..
Manuel De Falla (1876-1946) werd in Cadiz, de
Andalusische uitvalshaven naar de Nieuwe Wereld, geboren
en stierf op 9 dagen na 70 jaar oud in een huisje dat ’Los
Espinillos’ heette, gelegen aan het eind van een straatje van het
dorp Alta Gracia (Hoge Genade) in een laag bergdal van de
liefelijke provincie Córdoba, enige honderden kilometers ten
westen van Buenos Aires (Argentinië).
Toen de stad Córdoba in 1573 werd gesticht door een Spaans
officier, heette de provincie eromheen nog ’Nieuw-Andalusië’
- wat een haast historisch magische betekenis gaf aan Falla’s
zelfgekozen ballingschap. (In Spanje wordt ’de’ voor de
achternaam weggelaten als de voornaam niet wordt genoemd;
dubbele namen worden meestal gevormd uit die van de vader en de moeder met ’y’
(— en) ertussen; hier is dus sprake van Manuel, zoon van (= ’de’) vader Falla uit een
Valenciaanse en moeder Matheu uit een Catalaanse familie.)
De 'belangrijkste Spaanse componist van de nieuwe tijd’ was in 1939 in het Spaans
zou worden gemonteerd bij te wonen, zó nadrukkelijk werd gedaan dat weigeren een
belediging zou betekenen, gaf hij toe partij kunnen kiezen, omdat hij zowel de
'nietsontziende’ fascisten, als de 'atheïstische’ roden haatte. Hij bezweek aan een door
niemand herkende ziekte, nadat hij sedert zijn jeugd een wankele gezondheid had
gehad met periodes waarin angswekkende crises de muziekwereld in spanning hielden.
Dat alles tezamen verklaart, hoe het komt dat deze uiterst werkzame componist slechts
een luttel aantal werken heeft nagelaten. In de studeerkamer van zijn huisje vond men
stapels muziekpapier, waarop zijn laatste, misschien wel beste compositie, f zeer ten
dele voltooid, was neergeschreven: het oratorium La Atlantida, waarin op teksten van
de Catalaanse dichter Jacinto Verdaguer het ontstaan en de verdere geschiedenis van
het Iberische schiereiland is verhaald. Vijftien jaar later, in een door Falla’s begaafdste
leerling Ernesto Halffter (1905- ) voor praktische uitvoering gereed gemaakte vorm,
klonk deze nalatenschap in Barcelona en werd met gemengde gevoelens ontvangen.
Falla was als Granados een dromer, maar hij ontwikkelde zich tot een intelligent
denker; als heel kleine jongen al leefde hij in fantasieën, die zijn omgeving nauwelijks
vermocht te volgen.