Page 51 - MusicInTime
P. 51
Madrigalen en maskers
ï530-1700 De Gouden Eeuw
De Engelse koning John Dowland
Hendrik VIII was een Dowland (1563-1626) was de grootste Engelse liederencomponist, tijdens
uiterst vaardig musicus, zijn leven internationaal gevierd als luitist, deels omdat zijn liederen en stuk
die vrome motetten schreef ken voor luit in verscheidene Europese landen zijn uitgegeven, deels omdat
en aangrijpende
hij een groot deel van zijn leven werkzaam was in Frankrijk, Italië, Duits
liefdesliederen. De man,
rechts op deze prent, is land of Denemarken. Hij was katholiek en wilde niet door protestante auto
vermoedelijk William riteiten op de hielen worden gezeten - vandaar die lange reizen - maar liep
Cornyshe, musicus aan het met zijn eigen geloof ook niet te koop: hij componeerde braaf kerkliederen
koninklijk hof. in het Engels en harmoniseerde psalmmelodieën voor de anglicaanse ere
dienst.
Dowlands luitsolo’s, veelal in de stijl van volksdansen, bevatten vaak toe
spelingen op vrienden en leden van de Engelse hoge kringen, of op hemzelf,
i zoals heel typerend in de pavane Semper Dowland, semper do lens - een
Latijnse woordgrap: dolens betekent ‘lijdend’.
De meest karakteristieke muziek van Dowland heeft iets melancholieks,
zoals we dat ook voortdurend in zijn liedteksten terugvinden: ‘Ween niet
meer, droeve fonteinen’, ‘Blijf, o smart’, ‘Als tranenstromen uit mijn jeugd
60