Page 15 - Mozaiek6
P. 15

1911 - Op 24 april worden Bergs Pianosonate op. 1 en Strijkkwartet op. 3 voor het
            eerst uitgevoerd; op 3 mei vindt het huwelijk met Hélène Nahowsky plaats; Berg
            tot de dichter Altenberg: ’Ich folgte nur Ihrem Rate, Ihrer Weisung, danke. - Es hat
            mir eine Seele gewonnen!’

               C.  Bartók: Blauwbaards  Burcht;  Prokofjew: Eerste  Pianoconcert;  p.  Debussy:

               Martyre de Saint Sébastien; Ravel: L’heure es-pagnole; Strawinsky: Pétrouchka.

            1912 - Berg componeert de Fünf Orchesterlieder nach Ansichtskar-tentexten von Peter
            Altenberg op. 4.


               C. Debussy: Gigues en Jeux; Schoenberg: Pierrot lunaire. P. Ravel: Daphnis et
               Chloé (Ballets russes) en Mahler: Negende symfonie (Wenen).

            1913 -  Tijdens  het  orkestconcert  onder  leiding  van  Schoenberg  in  de
            Musikvereinssaal te Wenen op 31 maart veroorzaakt o.a. Bergs lied opus 4 no. 4
            (z.b.) een geweldig tumult onder het publiek; fluiters op sleutels worden door de

            politie verwijderd. Een der componisten schreeuwt vanuit zijn loge: 'Eruit met dat
            tuig!’ Orkestleden dalen af in de zaal en krijgen het aan de stok met bezoekers;
            iedereen bedreigt iedereen; een commissaris van politie verbiedt de voortzetting
            van het concert. Berg componeert de Vier Stücke für Klarinette und Klavier opus 5,
            de kortste muzikale aforismen die hij ooit heeft gemaakt.

                   C. Debussy en Ravel: elk hun Trois poèmes de Mallarmé; Strawinsky: Poésies
                   de la lyrique japonaise; Webern: Fünf Stücke für Orchester op. 10; p. Strawinsky:

                   Sacre du Printemps (groot schandaal in Parijs); Falla: La Vida breve; Fauré:
                   Pénélope.

            1914 - Berg voltooit de Drei Orchesterstücke op. 6 (’Praludium; Reigen; Marsch’, aan
            Schoenberg opgedragen voor zijn 40e verjaardag).

        Hij ziet bij de Wiener Kammerspiele voor het eerst het drama Wozzeck van Georg

        Büchner (1813-1837; ook auteur van Dantons Tod en de novelle Lenz), een belevenis
        welke grote artistieke gevolgen zal hebben.

               C. Webern: Drei kleine Stiicke voor violoncello en piano op. 11.


            1915 - Berg komt onder dienst, eerst in opleiding voor het front, daarna wegens
            ongeschiktheid, met een baantje op het ministerie van oorlog.

               C.  Debussy: Douze  études  pour  le  piano, Suite  en  blanc  et  noir, Sonates  voor
               violoncello en piano en voor fluit altviool en harp; p. Falla: Amor brujo.


            1917 - Berg zet een streep onder de tekstbewerking van Wozzeck. C. Strawinsky:
            Renard en Chant du Rossignol; Debussy: Sonate voor viool en piano; Bartók: Tweede
            strijkkwartet; p. Falla: Driekante steek; Satie: Parade.
   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20