Page 24 - MoonpubMagazine2
P. 24

Chaplin en de onmacht










                                                                                           als  maatschappijkritiek












                                                                                                                  "Het is juist de onmacht van de Zwerver


                                                                                                                  die de toeschouwer ontroert en laat lachen.

                                                                                                                  Zijn onmacht is dynamiet.'Charlie Cha-


                                                                                                                  plin, onmacht als maatschappijkritiek".





                                                                                                                                - Door Meike Oosterwijk






                                                                                            In gespannen afwachting staat een deftige delegatie op

                                                                                            de onthulling van een monument voor Vrede en Wel-

                                                                                            vaart te wachten. Er worden toespraken gehouden. Toe-

                                                                                            spraken zoals alle andere. Daarna applaus. Maar als het

                                                                                            monument wordt onthuld, ligt daar de Zwerver, die


                                                                                            zich voor de nacht op het monument onder het doek te
                                                                                            ruste heeft gelegd. Een verontwaardigde reactie golft


                                                                                            door de mensenmassa; hij heeft hun ceremonie ver-
                                                                                            stoord.





                                                                                            De Zwerver is zich echter van geen kwaad bewust. Hij

                                                                                            krabt zich eens achter zijn oor, steekt zijn been recht om-

                                                                                            hoog, en krabt even aan zijn enkel. Als hij doorheeft dat

                                                                                            hij zich de woede van de massa op zijn hals heeft ge-

                                                                                            haald, verontschuldigt hij zich hoffelijk door even zijn

                                                                                            bolhoed op te lichten. Maar dat leidt enkel tot meer ge-

                                                                                            balde vuisten, en meneer agent wordt naar voren ge-

                                                                                            duwd.





                                                                                            Dit tafereel is de openingsscène van de film City Lights

                                                                                            (1931) van acteur, regisseur en scenarioschrijver Charles

                                                                                            Chaplin (1889-1977). De Zwerver in de film is een icoon

                                                                                            uit de filmgeschiedenis, zijn bolhoed en zijn wandelstok

                                                                                            zijn wereldberoemd.
   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29