Page 13 - Moonpub Magazine Nbr. 1
P. 13
Orkestleden zijn het er in het algemeen met elkaar eens: fluitisten zijn
intelligent, vrouwelijk en heel vaak ook erg timide. Alleen de viool-
bespelers en koperblazers vonden van zichzelf dat zij ook humoris
tisch waren – de percussionisten waren de enige die zichzelf als
“sexy” beschouwden.
Volgens een Amerikaanse humorist echter zijn percussionisten in het
symfonieorkest christenmensen zoals ze bedoeld zijn in bijvoorbeeld
het evangelie van Paul: vol geloof, afwachtend, vertrouwend en
hartstochtelijk. De harp is, doelend op het probleem van het instrument
gestemd houden, het perfecte instrument voor iemand met, alweer de
zware Christelijke overtuiging, omdat het je “nederigheid” aanleert..
Het onderzoek maakt helaas geen melding van hoe het met de
psychologische geaardheid van de andere orkestleden gesteld is. Naast ko
per, hout, de snaren en percussie is er in het orkest enkel nog de piano en
deze is, lijkt mij, meer het instrument van de componist, de persoon van
wie verwacht wordt dat hij het gehele toonbereik en alle speeltechnieken
kan interpreteren op zijn klavier. Hij of zij is wat dat betreft de multi-
instrumentalist van het hele stel. De zangers en zangeressen worden
sowieso nog niet echt gezien als instrumentalisten. Laten we dat, na het
aanhoren van bijvoorbeeld het “scatten”, de drum-imitaties van de
rapmuziek en de pogingen van tweederangs opera-zangeressen om de
hoge C te halen, dan ook maar zo houden, lijkt mij.
Je bent wat je speelt. In de populaire muziek is het wat dat betreft allemaal wat
onsamenhangender en minder goed te definiëren. Anders dan het orkest, waar de
ambitie van publiekelijk succes grotendeels het “pakkie an” is van de componist of
dirigent, zijn in het geval van de populaire “groep” de muzikanten zelf die zich
hiermee bezighouden. De leden hebben een naam, onderscheiden zich door kleding,
persoonlijkheid of mythologisering via de roddelpers. Het belangrijkste streven lijkt
het vermaak en wellicht tegenwoordig ook de marketing van de “act”; het instru-
ment staat in dienst daarvan. Als er toch een karikatuur moet komen voor elke
instrumentalist in de populaire muziek dan vraagt dat waarschijnlijk een compleet
andere benadering van het onderwerp; ik zal een andere keer hier dieper op ingaan.
Tot slot misschien ook nog een leuke wetenswaardigheid: de Grieken die zo’n
beetje aan de basis staan van onze hele westerse denkwereld kende in hun mytholo-
gische beleving twee belangrijke muzikale goden, te weten Apollo en Dionysus (die
later door de Romeinen omgedoopt is tot Bacchus).
Apollo stond voor objectiviteit, duidelijkheid en zonder veel poeha gewoon de
schone zaak voorstaan; het instrument waar hij vaak mee afgebeeld staat is de lier.
De tokkelaars onder ons zullen dit zeker waarderen…