Page 2 - MusicInTime
P. 2
Hoofdstuk
Uitgangspunten
Trillingen en heidense riten
De muziek van de natuur * De natuur leert de mens feestgezang,
tovergezang en strijdgezang * Het ritme van het leven, van de
magie en van de wiskunde * Hoe de mondelinge overlevering
ons heeft beroofd van een rijk muziekverleden * De eerste
muziekinstrumenten * Reconstructie van de klanken van
voorchristelijke muziek
Muziek - onder de verfijnde vormen van menselijke communicatie hoog
gewaardeerd -. is de oudste van die vormen, en qua oogmerk de primitiefste.
Zij ontwikkelde zich uit de ritmen en trillingen, eigen aan de planeet waarop
we leven: uit de geluiden van wind en water, van lucht en vuur.
De muziek van de natuur
Toen uit de primaten zich de Homo sapiens ontwikkelde had hij, net als de
mensapen, al het vermogen om door zijn strottehoofd geluiden te maken om
anderen te waarschuwen voor gevaar, een indringer af te schrikken, een
mogelijke partner te lokken, of gewoon uit eigen behoefte een sterke emotie
te uiten.
In het gedrag van jonge hondjes of baby’s kunnen we de herkomst van
menselijke spraak en gezang waarnemen. Eerst komt het huilen om aan
dacht, gevarieerd van hoogte en heftigheid, maar onbeheerst; dichter bij het
gezang dan bij de spraak. Na een tijdje leert de zuigeling zijn gehuil te varië
ren en te verfijnen door na te doen wat hij hoort en door zijn eigen geluiden
te gaan beheersen. De zuigeling doet - net als de papagaai - na wat hij hoort
om contact te krijgen met anderen, om een bepaald gevoel, een bepaalde
ervaring tot uitdrukking te brengen. De primitieve mens, overgelaten aan
zijn lot, moest eerst en vooral de geluiden nadoen die hij in de natuur waar
nam. Wanneer hij zich behoedzaam door het struikgewas bewoog hoorde hij
takjes knappen, wind suizen in de bomen, water spetteren in de beek. De
natuur zelf gaf hem de eerste muziekinstrumenten.
De eerste gezangen
Zolang de mens alleen was, blootgesteld aan de genadeloze elementen, zal hij
gezongen hebben deels om het gevaar te bestrijden, deels omdat de geluiden
om hem heen hem boeiden en hij die óók wilde maken. Zodra hij een partner
vond of deel ging uitmaken van een groep, ontwikkelde gezang zich tot
spraak: woordsymbolen voor de directe behoeften. Deze symbolen werden
tot een zangerige dichtvorm waarbij de woorden en betekenissen invloed
hadden op de vorm en de loop van de gezongen melodie. De eerste gezangen
van de mens waren feestgezangen, lofzangen tot hoge godheden, epen over