Kun je in de muziek te gepassioneerd zijn?

Iedereen weet dat om een professionele muzikant te worden dat een ongelooflijke hoeveelheid werk vereist en – niet vergeten natuurlijk – een passie voor de muziek die nodig is voor de motivatie bij de vele uren van oefenen, instuderen, ontdekken, componeren enzovoort. Maar kan een passie voor muziek ook destructief zijn?

In een kort verhaal van Somerset Maugham, The Alien Corn, lezen we over een jongeman die erfgenaam is van een groot familiefortuin. Hij pleegt uiteindelijk zelfmoord wanneer hij zich realiseert dat hij nooit meer die getalenteerde amateur pianist zal zijn. Het is duidelijk dat zijn passie voor de muziek in dit geval disfunctioneel bleek te zijn.

Onlangs hebben enkele psychologen geprobeerd een onderscheid te maken tussen een “harmonieuse” en een “obsessieve” passie. Iemand met een “harmonieuze” passie voor een activiteit (in dit geval de muziek maar kan natuurlijk elk andere activityeit zijn, bv sport)) houdt zich bezig met deze activiteit zonder een interne of externe druk. Anders geformuleerd: er is geen dwang van binnenuit anders dan de passie en het “heilige moeten” die men bij zichzelf voelt en van buitenaf wordt hij/zij ook niet gedwongen om het wonderkind te zijn dat pa en ma zo van hem verlangen. Er wordt bij deze harmonieuze passie ook ruimte gelaten voor andere activiteiten.

Bij een “obsessieve” passie daarentegen resulteert dit vaak in een onbedwingbaar verlangen om de beste te willen zijn en een soort van hardnekkigheid bij het beoefenen (of in het geval van de muziek het bespelen) van die activiteit die uiteindelijk zelfs de gezondheid kan aantasten, een relatie gespannen maakt en niet zelden ook financiëel tot problemen kan leiden. Een blessure wordt genegeert, slaaptekorten, een aanschaf van een beter instrument, kortom, de voorbeelden zijn velen.

Canadese onderzoekers hebben deze verschillende soorten van passie onderzocht bij professionele musici en hun bevindingen waren dat de muzikanten met deze twee verschillende uitgangspunten voor hun passie ook verschillende soorten doelen voor ogen hadden en de bereikte resultaten (een betere muziekbeoefening) bleken niet dezelfde.

De harmonieus gepassioneerde muzikanten zijn meer ingesteld op een kwaliteit die we zeg maar het “meesterschap” kunnen noemen. Dit betekent dat zij bij de doelen die zij zichzelf stellen om iet aan te leren of om iets moeilijks onder de knie te krijgen – zoals het spelen van een lastige passage bij het juiste tempo, of de mogelijkheid om een moeilijk stuk uit te hoofd te spelen voor een specifiek concert – weloverwogener te werk gaan dan de obsessief gepassioneerde muzikant.

De obsessief gepassioneerde muzikanten waren meer geneigd tot een prestatie-aanpak: zij vergeleken zich vaak met andere muzikanten en probeerde met hun oefeningen de andere te overtreffen. Een obsessief gepassioneerde muziekstudent kan zich als doel hebben gesteld om de anderen in zijn/haar klasse te overtreffen of om te voorkomen dat hij/zij als laagste eindigt bij een concours. Er is bij hen ongetwijfeld sprake van een soort van competitie .

De harmonieus gepassioneerde muzikanten hebben niet deze behoefte om zich te steeds weer te vergelijken met anderen. De neiging van de obsessief gepassioneerden om zich te vergelijken met anderen lijkt verband te houden met de interne druk die zij zichzelf op leggen (“het moet en ik zal en het gaat me lukken’)

De onderzoekers zijn van mening dat de prestaties kunnen worden voorspeld door de aard van de doelstellingen die de muzikanten zich stellen en deze doelstellingen zijn op hun beurt weer gerelateerd aan de soort van passie die zij hebben. De harmonieuze passie voor muziek zorgde voor betere prestaties dan de obsessieve passie. “Het stellen van doelen om beter dan anderen te kunnen presteren, lijkt de muzikale prestaties te ondermijnen”, zo schrijven de onderzoekers in hun rapport.

De harmonieuze passie voor muziek is ook van invloed op de tevredenheid van de activiteiten buiten de muziek terwijl er geen verband geconstateerd werd tussen de obsessieve passie en enige tevredenheid met het leven. Dit heeft misschien te maken met de neiging van obsessief gepassioneerde muzikanten een zeker schuldgevoel te ervaren (van niet altijd de beste te kunnen zijn) en frustraties bij het niet halen van hun doelstellingen. Een passie voor de muziek (of een instrument) kan een groot genoegen zijn en de reden voor veel welzijn in het leven.

Maar zoals Somerset Maugham’s verhaal ons laat lezen en zoals ook het onderzoek lijkt aan te tonen, zullen niet alle vormen van zo’n muzikale passie als vanzelf leiden tot meer levensgeluk en een betere speeltechniek.

Bron: Psychology Today Magazine

Updated: April 9, 2024 — 12:04 pm

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *