Geschiedenis Muziek

ontdekkingsreisje door de klassieke muziekgeschiedenis met informatie, videos,, flipboekjes & heel veel Spotify muziek

Blog

Sergej Prokofjev (1891-1953)

Zo’n vijfentwintig jaar geleden verscheen in Moskou een boek gewijd aan de Russische componist Sergej Prokofjev. Hoewel zeker in de loop van de tijd kwalitatief betere studies over deze componist zijn geschreven blijft voor mij dat boek, simpel ‘Sergej Prokofjev’ geheten, een boeiend gegeven. Het bevat geen werkbesprekingen, geen diepgaande analyses en men zal tevergeefs zoeken naar doorwrochte beschouwingen over ’s componisten stijl en ontwikkeling daarvan.

Het boek bevat een autobiografie van Prokofjev alsmede een aantal artikelen van anderen, tijdgenoten die de componist op hoogst persoonlijke en vaak uiterst karakteristieke stijl uittekenen. Veel van die auteurs zijn musici en inmiddels overleden, zoals Sjostakovitch, Katchaturian en David Oistrakh. Maar ook niet-musici schreven over Prokofjev en daarmee is dit boek wat uit de eenzijdigheid getild. Het is goed dat een componist ook beschreven wordt vanuit andere culturele disciplines, het maakt het beeld breder en interessanter.

Van die andere auteurs noem ik de schaakmeester Botwinnik, de filmregisseur Eisenstein en de balletdanseres Galina Ulanova. Al deze schrijvers geven een redelijk duidelijk beeld van de componist Prokofjev, wiens muziek wij in Nederland regelmatig horen en die bij kinderen zeker bekend zal zijn door zijn meest bekende werk, het muzieksprookje ‘Peter en de wolf’.

De muziek van Sergej Prokofjev is in die zin karakteristiek dat deze met geen enkele muzikale beweging of periode te vergelijken is. Zijn stijl is het meest duidelijk geënt op die van de klassieken, zonder echter in schablonen of epigonisme te vervallen. Een paar uitspraken van Prokofjev zijn in dit verband heel duidelijk, zij verhelderen het beeld van waaruit de componist Prokofjev denkt en handelt en van waaruit hij zich laat inspireren. De volgende citaten zijn in dit verband heel karakteristiek:

“Er is nog zoveel moois te schrijven in C groot. Hetgeen ik het meest nastreef zijn eenvoud en melodie. Natuurlijk heb ik ook dissonanten geschreven, maar bij anderen is dat teveel gebeurd. Dissonanten bij Bach zijn het zout in zijn muziek. Andere componisten hebben teveel peper en andere scherpe kruiden in hun muziek gedaan. Daar is de maag van de muziekconsument tegen in opstand gekomen. Zij zijn ziek geworden omdat hun muziekdis uit niets anders bestond dan uit peper. Ik geloof dat men daar nu moe van is”.

Wat wij nodig hebben is een eenvoudiger, een meer melodieuze muziek, met een duidelijker en meer directe tonaliteit. In ieder geval minder complex’.

Door deze uitspraken is Prokofjev zeker niet aan te duiden als wat men wel noemt een ‘barricadecomponist’. Wel boeit in hetgeen hij zegt de eerlijkheid en de integriteit. Men hoeft slechts naar zijn muziek te luisteren om te weten hoe hij dat door hem nagestreefde muzikale idioom gestalte weet te geven.

Het klassicisme waar Prokofjev zijn discipline en inspiratie uit put staat model voor het gehele oeuvre van de componist. En dat niet alleen in de grote symfonische werken of in de grote geleding, maar ook in de motief-bouw in zijn muziek. Een echt klassiek trekje is de verwisselbaarheid van thema’s; ook zijn voorgangers Haydn en Beethoven hielden zich hiermee bezig. Vaak staat bij Prokofjev ook een thema voor een specifieke gedachte. Een thema gebruikt in de muziek voor Eisensteins film ‘Iwan de Verschrikkelijke’, duikt later weer op in de muziek bij War and Peace. Dan belichaamt dat thema weer de heroïek van het Russische volk. In de Derde Symfonie zijn thema’s notengetrouw overgenomen uit de opera The Fiery Angel en motieven uit het ballet The Prodigal Son vormen de grondslag voor de Vierde Symfonie.

Prokofjev sprak zelf over ‘polyvalente thema’s’ en gebruikte ze op dezelfde ongecompliceerde wijze als ook de Weense klassieken plagiaat bij zichzelf pleegden.

Prokofjevs muziek stoelt op een klassieke techniek en wijze van uitdrukken. Zijn noten zijn krachtig, atletisch en goed in evenwichtsverhouding tot elkaar gecomponeerd. Ook hij is een groot lyricus zoals zoveel van zijn Russische collega’s. Dat blijkt uit de puurheid van zijn melodische lijnen en uit het feit dat hij zich aangetrokken voelt tot romantische onderwerpen, vooral in de opera’s en de balletten.

Hoewel Prokofjev zeker een muzikale cosmopoliet is houdt de expressie in zijn muziek een sterk Slavische inslag. Prokofjev is een typisch Russisch componist. Hij behoort tot de traditie van Glinka en Moessorgsky; nationale heroïek en vaderlandsliefde zijn herkenbaar in veel werken.

Zijn oeuvre is overvloedig en bijzonder gevarieerd. In het uitbeelden van stemmingen toont Prokofjev zich een meester. De bijtende ‘Sarcasmen’ voor piano staan in een scherp contrast met de mechanische, robotachtige sfeer in het ballet ‘Pas d’Acier’. Zangerigheid vindt men in het ballet Romeo en Julia’, epische majestueusheid in de filmmuziek voor Alexander Newsky. Er is ook de scherpe humor in de opera The Love for Three Oranges en de kinderlijke eenvoud in de werken als Peter en de Wolf (uitvoering met Sting als verteller!) en het ballet Cinderella.

Sergej Prokofjev componeerde veel abstracte muziek, zoals zeven symfonieën, vijf pianoconcerten, negen pianosonates, strijkkwartetten, suites, antates en oratoria. De veelzijdigheid is bewonderenswaardig, dat stempelt Prokofjev mede tot een componist met een onuitputtelijk vakmanschap. De karakteristiek die Sjostakovitch over Prokofjev formuleerde, zijnde ‘een man met een enorme creatieve kracht’, geeft naar mijn gevoel een feilloos beeld van de Prokofjev die wij kennen vanuit zijn muziek.

Geschiedenis Muziek, Site by Moonpub NET, The Netherlands © 2021 Frontier Theme
Click to listen highlighted text!